Anemone – Silver Star

  • Silver Star

  • Anemone
    • Genre: britpop
    • Release-type: album, colored vinyl, digitaal
    • Label: Butler Records

Kent u die van dat fijne nieuwe Britpop-album? Dat werd in Rotterdam gemaakt! In twee dagen ook nog eens.

Anemone is een nieuwe band rond Xander van Dijck en levert met het debuutalbum Silver Star meteen een ongelofelijk sterk staaltje van kunnen af. Nu wisten we al dat Van Dijck de nodige kwaliteiten heeft als schrijver van fijne, rauwe popsongs (bij The Afterveins en Like This) maar met deze mooie mix van psychedelica en Britpop heeft hijzelf de lat weer een paar standjes hoger gelegd.

Het album bestaat uit slechts acht nummers, maar daarvan tellen de eerste drie samen al ruim 18 minuten. Anemone heeft wat te vertellen en neemt daar dan ook de tijd voor.

Het album opent in Rubble Boy met een rustiek stukje sologitaar om vervolgens over te gaan in een bijna typisch Brits geluid dat doet hoofdwiegen (denk Oasis). Halverwege gaat de track plots over in een trager intermezzo met een tegen shoegaze aanleunend weids parelende gitaarsolo om uiteindelijk weer het tempo op te pakken. Dit soort wisselende tempi en klankbeelden dragen bij aan het veelzijdige en toch eenduidige geluid van Silver Star.

Why Do I Worry heeft in eerste instantie een fijn meezinggehalte maar bouwt langzaam, laag na laag, op tot een fuzzy en overstuurde explosie van noise. Een fantastisch stukje hedendaagse psychedelica.

Weinig bands durven het tegenwoordig aan om een puur instrumentaal nummer op te nemen, maar Anemone schrikt nergens voor terug en laat met Sea Traveler zien ook zonder tekst een enorme zeggingskracht te hebben. Repeterende en gelaagde gitaren en een voortdurend wisselende dynamiek roepen het beeld op van een tegen de golven op varend schip, om uiteindelijk plots slechts in de rust van het strand en een paar krijsende meeuwen weg te ebben.

Na alle grootsheid en ernst van deze eerste drie nummers volgt de onlangs met een luchtige en humoristische clip gelanceerde single Best Friend. Gedreven, gehaast en ook flink ‘tongue in cheek’.

Met Treees keert de band weer terug naar het geluid van Britpop. Over een eenvoudige riff als basis wordt opnieuw duidelijk hoe knap en prachtig harmonieus de vocalen zijn op dit album. Ook in het rustige Proud To Be, een mooi liefdesliedje, is dat goed te horen. Als er vergeleken moet worden, denk je al gauw aan The Verve of The La’s, maar eigenlijk is zo’n referentie niet nodig. Anemone zet zich op eigen kracht voldoende op de kaart.

Story Of My Life doet een beetje denken aan het geluid van songwriters uit de zeventiger jaren en eindigt uiteindelijk met een solo van de elektrische gitaar die een balalaika nadoet. Dat klinkt wellicht vreemd, maar het werkt wel.

Silver Star eindigt met de zomerhit van de band Whered You Go. Zo’n nummer dat je op de koptelefoon moet horen op de fiets. Je gaat er vanzelf vrolijk sneller van fietsen.

Xander van Dijck heeft inmiddels wel laten zien van veel markten thuis te zijn. Ieder nieuw pak past hem meer dan uitstekend. Zijn medeleden in Anemone hebben ook allemaal ruim hun sporen verdiend in het Rotterdamse popcircuit en dat is dan ook te horen aan het fantastische niveau waarop gemusiceerd wordt. Waar Roemer Vermeulen (drums; Moon Tapes) en Neil Grootjans (zang en bas; The High Weeds) een steeds strakke basis leggen, bouwen Ricardo Jupijn (gitaar; ex-The Medics) en Van Dijck (gitaar en zang) hierover laag na laag aan het specifieke bandgeluid.

Silver Star is zo uiteindelijk uitgegroeid tot een grandioos album met fantastische songs. Een van de beste platen van dit jaar, dat kan niet missen.

Volg Anemone op Facebook.

Tourverslag: Deformer zette opnieuw Tokyo op z’n kop

Ik kan het bijna niet geloven. Dit is de vierde keer op rij dat ik op uitnodiging als Deformer herrie mag maken in Japan! In een eerder verslag bood ik al mijn excuses aan voor het in herhaling treden. Nu bied ik mijn excuses aan voor het herhaaldelijk in herhaling treden.

Ondanks dat ik op vele plekken werkzaam ben, is Japan opnieuw weer boven verwachting geweest. Ik ervaar het land en in dit geval Tokyo als zeer aangenaam. De ontvangst is buitengewoon hartelijk en helemaal als je er inmiddels mensen kent. Ik weet mijn weg te vinden en hoef niet meer te zoeken zoals bij mijn eerste bezoek. Ik arriveer in Tokyo net na een week van hevige regen en ondanks dat de temperatuur inmiddels is opgelopen tot 35 graden, de hittegolf een paar weken later met dodelijke slachtoffers heb ik gelukkig ook net gemist. Een naderende tyfoon is wel even spannend…

Japan is een land dat zeer georganiseerd is en voor mij als toerist functioneert alles vlekkeloos. Het enige waar Japan geen controle over heeft, zijn de weersomstandigheden, maar het zal mij niet verbazen als ze uiteindelijk ook hierop een oplossing vinden 🙂 Het is namelijk niets om dingen aan toeval over te laten zo lijkt het. Het is fijn om niet uit voorzorg twee treinen eerder te hoeven nemen zoals in Nederland om ergens op tijd te kunnen komen. Dat betekent wel dat ik ook geen goed excuus heb als ik toevallig zelf iets later ben…

Alles is accuraat, het gerecht dat je bestelt naar aanleiding van de afbeelding op de menukaart ziet er ook daadwerkelijk uit zoals op de afbeelding. Dat kan op andere plekken nogal eens teleur stellen. Mocht je een visliefhebber zijn, dan is het eten subliem. Niet voor niets leven Japanners statistisch gezien dan ook het langst. Op misschien een Sumo worstelaar na zie je vrijwel geen mensen met overgewicht. De toeristen vis je er dan ook makkelijk uit met hun dikke dijtjes en mode tatoeages. (waaronder tatoeages van Japanse symbolen die iets anders betekenen dan dat de drager vaak denkt, werd mij verteld).

Buiten dat ik een serie optredens zal verzorgen, ben ik ook gevraagd voor verschillende talkshows, een radio uitzending en een tentoonstelling van de door mij ontworpen platenhoezen in een galerie. Ik verblijf een aantal weken in Tokyo en verschillende organisaties lijken zo enthousiast met mijn komst dat de eerste anderhalve week van mijn verblijf al iedere dag is volgeboekt. Ik hou wel van een beetje actie, dus mij hoor je niet klagen!

Een dag na aankomst moet de platenhoezen tentoonstelling worden ingericht. De hoezen, gemaakt voor verschillende artiesten van Anouk tot aan mijn eigen obscure projecten zijn edgy, maar tijdens de opening is de belangstelling groot en de reacties zijn geweldig.

Vervolgens ben ik twee dagen te gast bij twee talkshows. Over elektronische muziek en over cover art. Ik betrap mij erop dat ik meer luister naar mijn mede gasten, dan dat ik over mijzelf wil praten. De mensen waarmee ik zit zijn Japanse zwaargewichten binnen hun vakgebied en spreken inspirerend. Gelukkig was er een tolk bij.

Dan is het tijd voor lawaai. Deformer lawaai! De ratelende drums en donderslagen gaan er hier altijd goed in. Nu ook was weer het een feest! Opnieuw kwamen mensen met Deformer platen waarop ze handtekeningen wilden, ik zag bekende gezichten van voorgaande optredens en de meerderheid droeg Deformer shirts. Echt ongelofelijk.

Als ik tegenwoordig in Nederland met mijn cd’s of platen bij een programmeur of muziek-journalist aankom, dan gebruiken ze hem eerder als onderzetter dan als muziekproduct waarin je al je energie hebt gestoken. Ze gebruiken natuurlijk als excuus dat hun apparatuur het niet toelaat om het af te spelen. (of ze verkopen het onuitgepakt door online!). Japan is wat dit betreft een land naar mijn hart, waar ik heb ervaren dat velen liefhebbers zijn van de kunstvorm. De muziek, het artwork en de achtergrond. En het zijn collectors. Dit is één van de plekken waar je om de straat nog een platenzaak tegenkomt. (boeken, dvd’s en heeel veel comics, fysieke producten). Het is gebleken dat de enige mensen die iets willen betalen voor een gratis download van een track op mijn website Japanners zijn! Vanuit een vorm van respect. Erg bijzonder en duidelijk een andere mentaliteit dan die van mijn omgeving. Wel even fijn 🙂

Na twee heavy avonden is het dan tijd voor opnieuw een bezoek aan de Japanse Boiler Room, DOMMUNE. In mijn vorige verslag heb ik omschreven wat DOMMUNE is, maar het was opnieuw een zeer geslaagde performance. Gehuld in mijn onooglijke masker en outfit, heb ik dit keer een bebloed Japans mondkapje gedragen om in de sfeer te blijven. Het kijkers aantal was weer enorm en de complimenten tijdens de live feed stroomden binnen.

Tussen de activiteiten door heb ik veel bijzondere personen ontmoet. Uitgevers, tekenaars en muzikanten. Ook heeft een groepje Japanse meiden mij op sleeptouw genomen in het uitgaansleven in Tokyo. Met een gepassioneerde romantische nacht op z’n Japans tot gevolg heb ik mogen proeven van de exclusieve pruimen(wijn) met zicht over een verlichte metropool. Droomachtig…

De dag erna weer aan de bak! Nu onder mijn eigen naam met een oldschool Jungle set in dit keer een kleine, maar super gezellige tent. Het is er binnen zo heet, dat bij het opzetten van mijn eerste track het zweet van mijn hoofd gutst. Iedereen is vochtig en doet de Jungle sfeer eer aan. Het was even alsof ik in de Amazone was. Opnieuw ging het dak eraf.

Ik ben mij er erg van bewust dat niet altijd alles een succes kan zijn, maar ik heb nog niets meegemaakt wat mijn verwachtingen niet heeft overtroffen. Ondanks dat ik toch een tijdje in Tokyo zit, vliegt de tijd voorbij. Ik heb opnieuw zoveel mogelijk van deze stad geabsorbeerd en nieuwe vrienden gemaakt. Twee dagen na aankomst terug in Rotterdam sta ik geboekt op het Eendracht Festival met ook een classic Jungle set. Ik ben geheel opgeladen door mijn Japanse avontuur en een totaal gevuld Eendrachtsplein gaat uit z’n dak op de stevige platen van vervlogen dagen. Ik ben momenteel redelijk kritisch over het hedendaagse Rotterdamse uitgaansleven, maar dit was een fijne terugkomst en echt een bijzonder moment.

Mijn filosofie is nooit aan dingen te wennen om ze zo als bijzonder te kunnen blijven ervaren. De leuke dingen, maar ook de minder leuke om zo het leven op een positieve manier in te vullen en te waarderen. Mijn werkzaamheden vormen mijn leven en zijn ermee verweven. In tegenstelling tot anderen die werk en privé gescheiden hebben, zo is het bij mij een geheel en voelt mijn werk niet als werk, maar voornamelijk als iets dat iemand na zijn werk zou doen. Dit klinkt misschien als een utopie, dat is het ook, maar het komt niet vanzelf. Iets waar ik gelukkig nog steeds niet aan gewend ben geraakt, is het produceren van muziek, het uitbrengen ervan en het doen van de optredens. Ik reis al meer dan twintig jaar de wereld over, heb voor 30 en 30.000 mensen gestaan, vele mensen ontmoet en blij gemaakt met radio-onvriendeijke muziek. En op hun beurt hebben zij mijn wereldbeeld verbreed en dingen doen ervaren die ik nooit had kunnen wensen. Ondanks dat ik voor de vierde keer opvolgend naar Japan ben geweest, was dit er weer één voor in de boeken en ik zal er nog lang van nagenieten.