Het Portret: Puck Hofwegen

Dat de ziel van de jaren ’60 nog voortleeft in de stad wordt bewezen door een aantal muzikanten en liefhebbers zoals Puck Hofwegen. Puck is een geboren en getogen Rotterdammer en studeert aan de Willem de Kooning. Hiernaast houdt ze zich bezig met muziek uit Rotterdam en haar grote voorliefde voor de jaren ’60 en ‘70. Dit valt niet alleen terug te zien in haar kleding en muzieksmaak, maar ook in de kunst die ze zelf maakt. Puck is veel met kunst bezig en werkt als vormgever voor bands als Certain Animals, voor wie ze het artwork maakt. Ik spreek haar bij mij thuis over haar visie op de muziek uit haar geliefde stad en alles wat daar bij komt kijken.

‘’De jaren ’60 en ’70 scene blijkt dan toch weer klein te zijn hier.’’

Een echte Rotterdammer
‘’Mijn naam is dus Puck en ik studeer Product Design aan de Willem de Kooning academie. Ik ben gewoon een echte Rotterdammer en dol op de stad en zijn muziek. De lokale muziek scene support ik graag door naar veel concertjes te gaan en artwork te maken voor Rotterdamse en niet Rotterdamse bandjes.

Daarnaast vrijwillig ik bij de Rotterdamse Popronde en heb ik een paar jaar als vrijwilliger gewerkt voor het festival Once Upon A Time In The West. Dit festival werd echt gemaakt door muzikanten, voor muzikanten. Het was fantastisch, alleen is het helaas gestopt met bestaan. Het festival is drie jaar lang echt succesvol geweest, bij één editie stonden zelfs grote namen als PAUW, My Baby, DeWolff, The Grand East en The Dawn Brothers speelden toen hun eerste show. Het is erg jammer dat een evenement als dit uiteindelijk te weinig mensen aantrekt en doodgaat, de jaren ’60 en ’70 scene blijkt dan toch weer klein te zijn hier.’’




 

Michael Jackson voor het idee
‘’Toen ik op de basisschool zat viel mij op dat veel mensen lievelingsmuzikanten hadden, in de tijd dat Justin Bieber enzo populair waren. Ik vroeg me heel erg af waarom die muziek mij niet trok, ook had ik geen favoriete artiest. Voor het idee, en om maar een mening te hebben, zei ik dat Michael Jackson mijn favoriet was, maar echt gemeend was het niet.

Toen kwam Youtube op en ging mijn vader op zoek naar een bepaalde videoclip, hij was nieuwsgierig of het erop stond. Eenmaal gevonden liet hij mij het filmpje zien, het was van de (redelijk foute) glamrock groep The Rubettes. Ik vond het hilarisch, de band was gekleed in hele foute kleding en hadden allemaal hoge stemmetjes. Ik weet nog dat ik het in mijn enthousiasme aan iedereen op school liet zien maar niemand vond het grappig. Ik vroeg me af waarom en ging verder met Youtube ontdekken.




 

Op een gegeven moment kwam ik de band Mud tegen, wat ook een glamrock groep is en ik was gelijk fan. Ik dacht echt, wow, dit is het. Daarna ben ik fan geworden van The Sweet en alle andere glamrock geluiden uit de jaren ’70. Ook ontdekte ik The Monkees, ik begon naar hun te luisteren en de serie te bekijken waar zij uit voortkomen. In die serie zaten heel veel referenties naar The Beatles en pas in die periode begon ik naar The Beatles luisteren.

Op mijn 14e werd ik fan van Mud, op mijn 15e van The Monkees en op mijn 16e werd ik fan van The Beatles. Na mijn ontdekking van The Beatles kwam de rest van de jaren ’60 en daar kon ik mij helemaal in vinden.’’

Psychedelische blousjes en flared jeans
‘’Wat in deze tijd heel belangrijk was, was dat ik de jongerenkrant de 7Days las. Ik weet nog dat ik een keer aan het bladeren was en een interview met PAUW tegenkwam. Ik dacht wacht even – ik bladerde terug en dacht wow, deze mensen zien eruit als mij. Ik had letterlijk nog nooit iemand van mijn generatie gezien die flared jeans en psychedelische blousjes droeg.

Toen ben ik naar mijn eerste concert in Rotown geweest, wat van PAUW was in 2015. Ik was zo enthousiast over hen dat ik zelfs een tekening voor ze had gemaakt. Daarna heb ik ze nog een paar keer zien spelen en heb ik hun drummer Kees (tegenwoordig in Certain Animals) leren kennen, voor wie ik nu artwork maak. Ook ben ik bevriend met Francis (vriendin van Kees) de coördinator van de Rotterdamse Popronde. Zij was het die tegen Kees zei van hey, waarom laat je het artwork niet door Puck doen?




Kleinschalige gezelligheid
“De jaren ’60 en ’70 scene komt naar mijn idee nu echt op. Het gebeurde heel vaak dat bandjes die daar betrekking op hebben tijdens hun Nederlandse tour Rotterdam oversloegen, maar wel naar bijvoorbeeld Groningen en Meppel gingen. Nu komen ze wat vaker hier heen. Het leukste vind ik het als ze in de V11 of Rotown spelen. De podia zijn hier gewoon heel gezellig en sfeervol, de open houding van Rotterdammers in combinatie met het kleinschalige zorgt voor een hele prettige sfeer. Soms moet je voor jaren ‘60/’70 georiënteerde dingen naar steden als Eindhoven en Amsterdam, daar is de scene ook veel groter.”

“In Amsterdam komen mensen van over de hele wereld, wat tof is. In Rotterdam kom je vaker alleen Rotterdammers tegen, wat zorgt voor een vertrouwd gevoel en gezellige sfeer.”

“Dat massale heeft ook zijn keerzijde, zoals eerdergenoemd zorgt een kleinschalige scene vaker voor meer sfeer. Het is hier ook allemaal veel persoonlijker, je kan als het ware na een optreden een praatje maken met de artiest(en). In Amsterdam komen mensen van over de hele wereld, wat tof is. In Rotterdam kom je vaker alleen Rotterdammers tegen, wat zorgt voor een vertrouwd gevoel en gezellige sfeer.’’

Rotterdamse robots
‘’(Rotterdamse) muziek inspireert mij in mijn kunstpraktijk. Ik ben erg fan van space age design en toen ik zag dat de band Les Robots was opgericht was ik gelijk enthousiast. De oprichter van deze band is Dave Von Raven, die in Rotterdam wel de main sixties persoon is. Alle leden van de band zijn verkleed als, je raad het al, robots.

Ik had al weleens video’s gezien uit de daadwerkelijke jaren ’60 waarin bands verkleed waren als robots. Toen ik Les Robots in 2018 voor de eerste keer zag was ik zo blij dat ik het fenomeen nog mocht meemaken. Dave heeft vaker leuke initiatieven, ik vind het ook tof dat de PAF! Studio, die hij met Marcel Fakkers heeft, gewoon in Rotterdam zit en niet in Brabant of zo.’’




 

Souvenir van Rotterdam
“Voor een recente schoolopdracht heb ik een souvenir voor Rotterdam gemaakt. Het souvenir bestaat uit (sixties geïnspireerde) buttons en patches met geïllustreerde portretten van toffe Rotterdammers zoals Jules Deelder, Aboutaleb, Dave Von Raven en Jordy van De Likt. Verder staat op het souvenir de tekst Proud to be a Rotterdammer, zodat mensen het echt kunnen dragen en showen waar ze vandaan komen.

Ik heb erg leuke reacties gekregen op het souvenir, waaronder van Aboutaleb en Jordy. Ik had aan iedereen een kaartje gestuurd, om ze te laten weten dat het souvenir in de winkels kwam te liggen.

“Mensen vinden het vaak interessant als je op zoek bent naar jaren ’60 dingen en dat je je kleed naar die tijd.”

Japanse jaren ’60 plaat
‘’Er zijn veel toffe platenwinkels in Rotterdam, waaronder De Oorzaak die naast de PAF! Studio zit. Daar zit Jeroen en hij heeft altijd grappige en echt goede sixties platen. Hij wist toevallig dat ik op zoek was naar één of andere Japanse jaren ’60 plaat, namelijk van The Mobs.

Toen de plaat bij hem binnen was gekomen stuurde hij me een berichtje op Instagram dat ‘ie voor me klaarlag. Dat soort dingen zijn heel leuk, in platenzaken kun je ook altijd goed een praatje maken. Mensen vinden het vaak interessant dat je op zoek bent naar jaren ’60 dingen en dat je je kleed naar die tijd.




 

‘’Hij woont niet meer in Rotterdam maar je kan nog steeds goed horen waar die vandaan komt.’’

Als we het verder over de Rotterdamse muziekscene hebben kan The Jerry Hormone Ego Trip niet onbenoemd blijven. De band is niet volledig Rotterdams, maar Jerry en zijn stemgeluid zeker wel. Hij woont niet meer in Rotterdam, maar je kan nog steeds goed horen waar die vandaan komt.

Verder ben ik ben echt trots dat Les Robots uit Rotterdam komen, en ook The Dawn Brothers, die hebben zo’n speciale sound dat ik elke keer weer verbaasd ben dat ze hier vandaan komen. Ook is Iguana Death Cult heel tof. Waar ik verder trots op ben is dat we de één na grootste Popronde hebben.




 

Rotterdam is ook rijk aan toffe festivals. Bijvoorbeeld het Frikandel Festival, Eendracht Festival, Historische Herrie, Open Daken Dagen en natuurlijk Metropolis. Op Metropolis heb ik echt hele goede bands gezien, zoals Altin Gün. Er staan daar vaker bandjes die een jaar later opeens heel groot zijn en dan bijvoorbeeld op Lowlands staan.

Rotown, V11 en Grounds zijn favorieten qua podia en in BIRD staan ook vaak leuke bandjes, zoals The Mauskovic Dance Band. Ik wil daar nog wel vaker heen. Verder hoop ik voor de muziek scene dat er meer dingen zoals Les Robots en kleine bandjes opkomen en dat het allemaal ongestoord door kan blijven gaan.’’

LIJSTJES:

Favoriete muzikanten: The Thunderbeats, The Buttertones, The Beatles, The Dawn Brothers, The Poppy Family, Los Brincos, The Black Marble Selection, Bee Gees, Tommy Boyce & Bobby Hart, The Babe Rainbow, The Seeds

Favoriete platen: The Cyrkle – Neon (1967), The Beatles – Sgt. Pepper’s Lonely Hearts Club Band (1967), Gary Walker And The Rain – Album No.1 (1968), The End – Introspection (1969), Wings – Red Rose Speedway (1973), Big Boss Man – Humanize (2001), Temples – Sun Structures (2014), The Grand East – What A Nab (2018), Cayman Kings – Marigold UnderScales  (2019)

Favoriete evenementen: The Go Wild (Eindhoven), Record Store Day, Once Upon A Time In The West (Rotterdam), Popronde

Favoriete platform: Youtube, Spotify (Nummer radio + Discover Weekly), Top Pop / Top of the Pops / Beat Club, De platen winkel

Voor meer info over Puck en haar artwork ga je naar haar website.

De Bandprofeet komt naar je toe deze zomer!

Het voelt eerlijk gezegd nogal vreemd om dagelijks naar het kantoor van The Daily Indie te fietsen. Uit het niets werd half maart mijn agenda voor de rest van het jaar leeg geveegd en terwijl het stof neerdaalde, zag ik nog net alle bijbehorende inkomsten aan de horizon verdwijnen. Tussen hoop en vrees levende, keek ik naar wat er wél kon en besloot ik mezelf om te toveren tot ‘De Bandprofeet’.

Het zit zo: de content van The Daily Indie is altijd gratis toegankelijk geweest en dat was mogelijk doordat alles werd gefinancierd met advertentie-inkomsten van podia en festivals. Je kunt je dan ook wel voorstellen hoe de vlag erbij hangt op ons kantoortje in de Delftsestraat. Toch bleven we stug doorwerken, schrijvend over de situatie in de muzieksector en over nieuwe muziek die gelukkig nog steeds uitkwam. Maar ik zag ook wel aankomen dat deze crisis niet snel voorbij zou trekken, dus dan is er maar één optie: nadenken over wat je wel kunt doen.

Ik besloot een weekje stoom af te blazen op de Veluwe. Het was warm, om mij heen niets dan planten en dieren en in al die groenheid bedacht ik in mijn ligstoel: als er voorlopig geen shows zijn, waarom ga ik dan geen bands helpen bij alles wat niet met ‘live’ te maken heeft? Hé! Nog geen vijf minuten later stond het concept van ‘De Bandprofeet’ op papier.

Als hoofdredacteur van The Daily Indie, selectiecommissielid van Popronde, voormalig jury-lid van de Grote Prijs van Nederland (en binnenkort die van Rotterdam), bestaat een groot deel van mijn waakzame leven uit het ‘beoordelen’ van artiesten. Tussen de talloze acts die ik jaarlijks voorbij zie komen, zitten veel muzikanten waar de potentie vanaf druipt, maar die geen duidelijke identiteit hebben en waar een ‘net-niet-gevoel’ omheen hangt. En dat vind ik zonde. Als ze net even wat meer tijd en aandacht in hun verhaal hadden gestopt, zou het kwartje voor veel acts de andere kant op zijn gevallen.

Een goed liedje is slechts het begin
Want goede muziek maken staat altijd op één, maar er lopen wel meer artiesten rond die toffe muziek maken. Waarom wordt de ene act wel uitgekozen door een programmeur, label of muziekmagazine en de andere niet?

Naar mijn idee begint dat bij het erkennen dat een band veel meer is dan muziek. Denk bijvoorbeeld maar eens aan je favoriete artiest. Dan zie je waarschijnlijk direct iets voor je. Precies: ‘zie’ je iets. Dan denk je aan de stijl van die muzikant, een kenmerkende eigenschap of het verhaal dat hij of zij vertelt. Kortom: een sterk liedje is slechts het begin en hoe je die track door andere mensen hun speakers laat stromen, behalve die van je vrienden en familie, is een lastige tweede.

Gelukkig zijn er een aantal dingen die je als artiest kunt doen om je muziek in de schijnwerpers te zetten. Zodat je meer luisteraars bereikt en opvalt in de ogen van mensen in de muziekindustrie die je verder kunnen helpen. Ten eerste: een goede foto. Negen van de tien keer is dat het allereerste dat een nietsvermoedende muziekliefhebber ziet als hij of zij rond klikt op een muziekblog of een festival-website. Wat voor gevoelens roept het op, verbeeldt het de muziek en de artiest?

Vervolgens komt de biografie, die de lezer moet prikkelen en enthousiasmeren. Waarna de website en social media aan de beurt zijn, die de luisteraar verder meesleuren in het universum van de band. En als je dat allemaal voor elkaar hebt: hoe deel je dat met de rest van de wereld? Nou, daar ga ik acts bij helpen! Als de Bandprofeet neem ik artiesten onder mijn vleugels en gaan we één-op-één met deze zaken aan de slag. Want je kunt van COVID-19 vinden wat je wil, het geeft wel de ruimte om hier nou eens goed aan te werken.