“Je moet er een liedje over schrijven; ‘The Yellow House’,” stelde een wijze songwriting docent terloops in het Grounds café. Hij was langs ons gele muziekpaleis gewandeld en ervan onder de indruk. In mijn hoofd hoor ik een mashup van Joni’s gele taxi, Wiz Khalifa’s Black And Yellow en iets met de onderzeeër van de Beatles. Ik betrap mezelf op een lichte vorm van afkeer. Het liedje kwam er niet, een column wel.
We zijn drie zingende ondernemers, bijna student-af, allen met een uitgesproken karakter, in een heel geel huis. En we zijn vrouwen, met heftig fluctuerende hormoonspiegels en een gedeelde herinnering aan een gecompliceerde zomer in Normandië, waar MTV met haar reality shows nog een puntje aan kan zuigen. Nu, jaren later, zijn we onder één dak beland, als dat maar goed gaat…
Twee paar voetjes stommelen de trap af richting de woonkamer. Er is gelach, gerommel in de keuken. Ik lig nog in bed en kijk op de klok. Het is 9 uur. De energie van de anderen werkt aanstekelijk en ik spring mijn bed uit. “Kun jij koffie zetten? Dan ga ik even douchen voor die gasten komen”, roept één van de twee. Ik zet een pannetje havermout op het vuur. Als een geoliede machine starten we de ochtend. Een nieuwe dag in dit muzikantenhuis.
Vandaag heeft één van de twee een schrijfsessie in ons bescheiden thuisstudiootje. Het is even chaos in de huiskamer als de muzikanten en producer binnenkomen. De poes is naar buiten gevlucht. Als de groep eenmaal boven aan het werk is, keert de rust in de woonkamer weder en nestelt het beestje zich in haar lievelingsstoel.
De ander werkt aan de keukentafel interviews uit voor haar scriptie. Ik nip van mijn koffie en sla mijn laptop open. Mijn lijstje van gisteren heb ik voor de helft af kunnen werken, de andere helft staat voor vandaag op het programma. Ik voeg er nog aan toe: facturen gigs, column, band reps, kwartaalaangifte, marketing opdracht en in koeienletters WAS DOEN!!!!!!
Dat laatste heeft eigenlijk prioriteit, maar ik begin toch liever aan mijn column.
We horen de voordeur beneden open zwaaien en een vierde vrouw stormt de trap op. Het is Andrea, mijn dansende en illustrerende Southbound partner. Omdat we zoveel plek hebben, houdt ze atelier in Het Gele Huis. “Ik heb nieuwe banners gevonden om te beschilderen en Eli komt vanavond de projecties proberen!” Eli Dijkers is een waanzinnige fotograaf. Hij woont om de hoek. Ze verdwijnt al neuriënd haar atelier in en een lichte verflucht dringt mijn neusgaten binnen. Ik glimlach.
Na een lange dag werken wandel ik naar onze Marokkaanse buurman, die al sinds de jaren tachtig een nachtwinkel runt in Rotterdam-West. “Hallo, lieve schat van een meid, je maakt dat de zon zelfs ’s nachts schijnt” begroet hij me zoals altijd met zijn hartelijke poëzie. “Niet ’s avonds laat alleen over straat hè, als je iets nodig hebt moet je me bellen dan kom ik het brengen.” Hij duwt me zijn visitekaartje in mijn handen. Met een grijns van oor tot oor loop ik terug naar huis. Vanavond gaan we samen nieuwe masters luisteren en heel hard zingen tijdens het koken. In Het Gele Huis is het fantastisch vertoeven.
Roufaida Aboutaleb
Roufaida Aboutaleb (21) is één van de twee frontvrouwen van Southbound. In 2015 brachten ze de debuut ep Open Water uit in Kopenhagen en in Rotterdam. Ze wonnen in dat jaar ook nog eens de Sena Grote Prijs van Rotterdam en stonden in de finale van de Grote Prijs van Nederland.
foto: Eli Dijkers Photography.