28 september 2018
•
Concerten
•
Mark Ritsema
Zelfs de regen waar we ons door moeten spoeden, draagt mee aan de sfeeropbouw. Het maakt onze bestemming, de kleine zaal van Theater Rotterdam meteen tot een knusse en besloten haven waar vanavond veel mooie en intieme muziek zal klinken. Het is zondagavond 23 september en de Rotterdamse artiesten KEES, Dax, Brian Murphy, Darren Gardner en WARD gaan strijden om de prestigieuze Sena Performers Grote Prijs van Rotterdam in de categorie Singer/Songwriter.
Prestigieus omdat dit allang geen wedstrijd meer is waar iedere willekeurige muziekamateur aan kan meedoen. Er wordt vooraf gescout en geselecteerd door de Popunie om een avond te kunnen bieden waarop de beste acts van Rotterdam van dit moment het tegen elkaar opnemen. Het niveau is dan ook hoog en professioneel, tijdens een programma dat beslist ook zonder wedstrijdelement had weten te boeien. Het theaterzaaltje is een ideale plek om in je stoel weg te zakken en je onder te dompelen in de geboden luistermuziek. Hoewel dat laatste, zoals zal blijken, niet altijd opgaat. Het geluid is bij alle acts goed terwijl een lichtman soms op het onrustige af demonstreert wat er allemaal mogelijk is met theaterlicht en -rook.
Presentatrice Evita de Roode lijkt niet helemaal overtuigd van de ambiance. ‘Zeker wel onwennig, dat zitten?’ vraagt zij aan de goed gevulde zaal. Maar zij krijgt weinig bijval, we zitten prima. Gezegd moet dat zij deze avond misschien wel het hardst werkt en dat met verve doet. Er is veel ombouwtijd nodig tussen de acts wat zij overbrugt met onvermoeibaar enthousiasme en interviewtjes met artiesten en juryleden.

KEES mag de avond openen. KEES (probeer dat maar eens te Googlen) is het alter ego van zangeres Evelien Keesmaat. Met een smaakvol spelende band om haar heen (speciaal voor deze avond gevormd) lijken de haar gegeven 20 minuten wel een korte theatershow met intro en duidelijk voorbereide introducties tussen de nummers. Muzikaal weerklinkt afrobeat en andere vrolijkheid, zoals in een nummer over fietsen dat zij opdraagt aan Rotterdams bekendste – wie maakt mij blij, koop een krantje bij mij – straatkrantverkoper. Jammer dat haar Nederlandstalige zang soms wat verloren gaat in het bandgeluid. Maar haar fraai klinkende nummers en theatrale presentatie zorgen beslist voor een sterke opening.

Daar moet Dax vervolgens helemaal alleen tegenop. Gekleed in knaloranje jurk en met een eenvoudige kroon op haar hoofd, begint zij haar set bibberig, maar hervindt zij zich gelukkig al in het openingsnummer. Het publiek grinnikt om haar droog-staccato aankondigingen: ‘Ik schrijf veel liedjes over dieren en deze gaat over een aap’. Maar haar op gitaar getokkelde en glashelder gezongen liedjes als vervreemdende fabels, over een eenarmig beest met hartzeer of een dansend konijn, komen wel aan. De zaal laat zich gewillig meetrekken in haar wereld en de stilte is bijna voelbaar.

Brian Murphy pakt het anders aan. Hij komt op in een kamerjas met daaronder een t-shirt en boxershort. Witte sokken in slippers boven zijn blote benen maken zijn Grote Prijs-outfit af. Waarom deze verkleedpartij blijft onduidelijk, maar uit zijn hele, wat stugge houding valt op te maken dat hij deze competitie niet te serieus wil nemen. Jammer want zijn gitaarspel op een aftands instrument is prachtig, net als zijn krachtige zang, in getergde en confessionele slaapkamersongs (wellicht daarom die look).

Na de pauze betreedt Darren Gardner met complete band het podium alsof zij de hoofdact van de avond zijn. Deze energieke Zuid-Afrikaanse expat is een en al smiles en erop gericht om er een feestje van te maken met het publiek. Wanneer hij vraagt om een ‘hands in the air’ openbaren zich zijn supporters. Alles is licht aan de neo-soul van Gardner met nummers die dansen als zeepbellen en waarin hij steevast met veel kooswoordjes zijn grote liefde lijkt toe te zingen. Dat doet hij licht, warm en goed, met achter zich een gedegen band.

Wanneer De Roode hierna aan de zijkant Gardner interviewt, worden we afgeleid door commotie op het halfduistere podium waar met veel drukte dingen worden opgebouwd en uitgetest. Als het licht aangaat blijkt hier een halve studio te zijn verrezen, compleet met twee laptops en een monitor. Daarachter staat WARD te stuiteren. Ze is klein en gedrongen, met op haar neus een afzakkende bril en een enorme ijsmuts op haar hoofd. In haar daaropvolgende set houdt zij de energie hoog. Haar elektronische liedjes hebben een kop en een staart en worden tegelijk gedreven door pompende beats. Verena Ward maakte zo’n twee jaar geleden nog deel uit van het duo Ward & Sahraei waarin zij een meer begeleidende rol had naast Maral Sahraei. Nu heeft zij in alle opzichten haar coming out beleefd. Haar enthousiaste one-woman show is, zo beaamt zij ook zelf, een muzikaal statement voor de LGBTQ beweging.

Bij het verschijnen van dit verslag zijn de winnaars allang bekend. De jury – bestaande uit Sven Figee, Rikke Korswagen en Marco Witkamp – koos unaniem voor WARD terwijl de publieksprijs was voor KEES. We gingen vooral naar huis met het gevoel een mooie avond te hebben beleefd met een revue van sterke en afwisselende artiesten. Was dat malle verkiezen van ‘de beste’ eigenlijk niet meer dan een kers op de taart? Niet voor WARD die onder andere een flinke geldprijs won, straks op Bevrijdingsfestival Zuid-Holland speelt en mag meedingen naar de nog veel prestigieuzere, door Popunie en Music Matters in het leven geroepen prijs De Belofte. Hier is een buit van 10.000 Euri mee gemoeid. ‘Awesome’, om het laatste woord aan De Roode te geven.
